Lastige planten

 

Er zijn van die planten die prachtig zijn om te zien maar die de reputatie hebben "lastig" te zijn. Rozen, clematis en blauwe regen zijn hiervan een goed voorbeeld. Heel jammer eigenlijk want met een beetje LZA (liefde, zorg en aandacht!) doen deze planten het in je tuin juist héél goed. Waar die LZA dan uit bestaat, lees je hieronder.

 

Clematis

Weinig klimplanten kunnen en clematis in volle bloei evenaren. Echter, het tijdstip van snoeien is niet zo gemakkelijk te bepalen. Daarnaast zijn vooral cultivars met grote bloemen gevoelig voor ziekte en ongedierte. Dan is er nog die indeling in groepen, waar een gewone tuinkabouter grijze haren van krijgen!

 

Verwelkingsziekte

Grootbloemige clematissen zijn gevoelig voor allerlei ziekten, vooral de gevreesde clematisverwelkingsziekte. Vraat van slakken, oorwormen en muizen veroorzaakt, evenals de wind, wondjes in de stengels. Die wondjes kunnen door een schimmel worden geïnfecteerd. Deze snoert de vaatbundels af en plotseling legt de hele plant het loodje, terwijl je er de dag ervoor nog niets aan kon zien. Soorten met kleinere bloemen zijn over het algemeen bestand tegen de verwelkingsziekte terwijl hun bloei niet onderdoet voor die van hun grootbloemige broertjes.

 

Indeling in groepen

De laatste jaren brengen kwekers de clematissoorten onder in een aantal groepen. Onder meer omdat de soorten binnen die groepen vaak onderling hybriden geven. Dit zijn de groepen en hun voornaamste vertegenwoordigers:

  • Evergreen groep: wintergroene clematissen als C. armandii, C. cirrhosa, C. forsteri en C. napaulensis
  • Atragene groep: C. alpina en C. macropetala
  • Montana groep: C. montana en een aantal niet-winterharde kasplanten
  • Dubbele en halfdubbele grootbloemige cultivars: vaak afgeleid van C. patens
  • Enkelvoudige grootbloemige cultivars: ook vaak afgeleid van C. patens
  • Viticella groep: cultivars van C. viticella
  • Texensis-Viorna groep: onder meer C. texensis en C. viorna en hybriden
  • Tangutica groep: C. tangutica, C. orientalis en C. tibetana
  • Kruidachtige clematissen en halfstruiken: C. integrifolia en C. heiracleifolia.  naar boven

 

 

Het hele jaar door een clematis in bloei!

Met een beetje plannen, kun je het hele jaar door een clematis in bloei hebben. Je kunt er extra veel van deze klimmers in je tuin kwijt door ze ook door struiken en bomen kunt laten klimmen!

  • Winter: C. napaulensis, crèmekleurige, kleine klokjes en wintergroen ) is in de winter fraai, maar ziet er in de zomer niet uit. C. cirrhosa "balearica" heeft wat grotere, fraaiere bloemen en ruikt nog naar limoen ook! Beide soorten zijn niet helemaal winterhard.
  • Prille lente: C. Armandii, ruikt lekker, is wintergroen en enigszins vorstgevoelig. Van nature zijn de bloemen wit maar er zijn cultivars met een afwijkende kleur: Apple Blossom is lichtrose en Rubra heeft rode bloemen. Hybride  C. Avalanche heeft groenwitte bloemen met een doorsnee van 7-8 centimeter.
  • Lente: c. macropetala en C. alpina (Atragene groep) en hun cultivars bloeien in de lente, zo eind april-begin mei. De bloemen geuren niet. C. montana met witte of roze bloemen bloeit uitbundig tegen eind mei-begin juni. Hij kan een schuttingen in snelle tijd bedekken en zijn heel geschikt om in bomen te laten groeien.
  • Zomer: C. viticella en zijn cultivars zijn ijzersterk, groeien snel en bloeien rijk. Ook C. texensis bloeit in de zomer maar is wel wat bescheiderner dan C. viticella. C. tangutica en C. orientalis zijn lid van de Tangutica-groep. C. orientalis kan wel 8 meter hoog worden. C. tangutica is wat bescheidener. Beide hebben gele, klokvormige bloemen die veranderen in prachtige zaadpluizen. Wilde clematis C. rehderiana wordt ook heel hoog. In het heetst van de zomer geeft hij een overvloed aan gele klokjes.
  • Nazomer en herfst: C. flammula ruikt erg lekker en bloeit in september. C. Terniflora bloeit nog later en blijft soms wintergroen.  naar boven

 

Verzorging

Zolang je niet vergeet dat de clematis een bosplant is, waarvoor de volgende verzorgingsregels gelden, kan het bijna niet meer misgaan tussen jou en de clematis!

  • Standplaats: met de voeten in de schaduw (koele wortels) en de bloemen in de zon. Wintergroene clematissen moeten altijd op een beschutte plek.
  • Bodem: humus- en voedselrijk, waterdoorlatend, neutraal tot licht kalkrijk
  • Bodemverbetering: verrijk zandgrond met waterabsorberende polymeren en het kleimineraal bentoniet, verteerde bladgrond en compost. Voeg aan kleigrond een stevige hoeveelheid compost toe
  • Planten: plant je nieuwe clematis altijd zo diep dat de bovenkant van de kluit 15 centimeter onder de grond komt.
  • Snoei: snoeien is niet nodig voor het overleven van de plant, maar hij wordt er wel mooier van. Als je niet snoeit zal de plant alleen aan de top bloeien. Clematissen die voor 21 juni bloeien, snoei je kort na de bloei terug. Bloeien ze na 21 juni, dan snoei je in maart of april. Eigenlijk is snoeien heel simpel: knip de plant 30 centimeter boven de grond af en hij zal in het voorjaar opnieuw uitlopen. 
  • Voeding: een evenwichtige organische meststof met sporenelementen. Op zure bodems: kalk.  naar boven

 

Wisteria (Blauwe regen)

De Wisteria heeft de reputatie nukkig te zijn en dit te uitten door niet te bloeien. Het is heel belangrijk dat je een goede soort kiest, deze op de juiste plaats plant en de discipline handhaaft bij het snoeien. Verder is de plant echter helemaal niet heel veeleisend....

 

Welk type?

De meest aangeplante, en eigenlijk ook de minst moeilijke, Wisteria is de W. sinensis en zijn witte broertje W. sinensis "Alba". Er is ook een Japanse soort: W. floribunda met langere, rankere bloemtrossen. Die van W. floribunda "Multijuga" kunnen wel een meter lang worden! Er zijn ook nog andere variëteiten: W. brachybotrys en W. floribunda. W. Floribunda "Yae-kokuryu" heeft dubbele bloemen. 

 

Waarom bloeit'ie niet?

Meestal is dat omdat hij:

  1. Niet genoeg zon krijgt (Wisteria is een echte zonaanbidder)
  2. Hij niet op de juiste manier wordt gesnoeid
  3. Hij is opgekweekt uit een stek en niet is geënt. Gestekte Wisteria's bloeien soms pas na 20 jaar! 

 

Enten of stekken?

Moderne wisteria's worden geënt. Ze bloeien dan veel sneller en overvloediger dan wanneer ze gestekt worden. Controleer bij aanschaf altijd of er zo'n 5 tot 10 centimeter boven de aarde een knobbel zit. Dit is het entpunt. Is deze er niet? Schaf de plant dan niet aan, hoe mooi hij er ook bijstaat! 

 

Wat is de juiste plek?

Heb je eenmaal een plant uitgekozen, dan moet je hem op een geschikt plek planten. Wisteria is een klimplant en kan dus langs een muur of pergola geleid worden. Kies een zuid- of westmuur. Op het noorden of oosten zal de bloei teleurstellend zijn. Verbeter voor je gaat planten de grond met compost en spreid de ranken voorzichtig en evenwichtig uit over het te begroeien oppervlak.

 

Snoeien

Een Wisteria snoeien is niet zo moeilijk als je denkt, maar het is wel een precisiewerkje dat je twee keer per jaar moet uitvoeren. De eerste snoeibeurt vindt plaats in juli: bind alle takken die je nodig hebt om een goede dekking te krijgen aan en snoei de ongewenste takken af tot op 30 centimeter. In januari snoei je deze stukjes verder terug, tot op 10 centimeter.

 

Voeden

Tweemaal per jaar bemesten is voldoende. Gebruik hiervoor rozenmest.

 

En als dat allemaal niet helpt?

Stel: je hebt een niet-bloeiende Wisteria van de vorige bewoners geërfd en je hebt gedurende twee of drie jaar de voorgaande aanwijzingen toegepast. En toch bloeit'ie nog steeds niet (of nauwelijks)! Dan zit er weinig anders op dan de afkeurende blikken van de buren te trotseren en de plant om zeep te helpen. Als het na drie jaar nog niet is gelukt, gaat het ook niet meer gebeuren!

 

Rozen

Ondanks hun onbetwiste schoonheid en enorme diversiteit hebben rozen de reputatie moeilijk te zijn. Vooral het snoeien stelt menig tuinkabouter voor problemen. En dan zijn er nog de bladluis en de sterroetdauw. Ook die kunnen je grijze haren bezorgen! Echter, wie rozen goed snoeit en voedt wordt beloond met sterke, gezonde rozenstruiken die overvloedig zullen bloeien. 

 

Vier redenen waarom je moet snoeien

  1. Om een aantrekkelijke, goed gevormde struik te creëren
  2. Om de omvang van de plant te beperken
  3. Om de struik gezond te houden
  4. Om nieuwe groei te bevorderen met een rijke bloei als gevolg.

 

Hoe moet je de verschillende soorten snoeien?

Rozen snoeien is gemakkelijker dan je denkt: je hebt er alleen een scherpe snoeischaar en handschoenen voor nodig. Voor dikke takken kun je een takkenschaar of snoeizaagje gebruiken. In ons klimaat is maart de beste snoeimaand voor rozen. Zieke en beschadigde takken mag je het hele jaar door weghalen.

  • Grootbloemige en trosroos: snoei deze rozen in hun geheel kort (15 centimeter) boven de grond af! Als je te maken hebt met een verwaarloosde struik, knip dan de groene takken op een lengte van 10 centimeter af.  

Om de struik te verjongen kun je de oudste takken helemaal onderin met een snoeizaagje of takkenschaar afsnoeien.

    • Heesterroos: deze worden op dezelfde manier gesnoeid maar dan tot op kniehoogte.
    • Engelse of David Austin roos: alweer op dezelfde manier maar dan tot op 50 centimeter
    • Stamroos: knip de takken boven de stam af tot op 20 centimeter. Let vooral op de vorm van de kroon van de roos op stam en snoei altijd tot boven een naar buiten wijzende knop. Treurrozen op stam hoeven niet te worden gesnoeid.
    • Klimroos: bij klimrozen laat je de doorgaande takken (de takken die omhoog groeien) met rust. De zijtakjes aan deze hoofdtakken snoei je tot op 5 centimeter af.
    • Rambler- of boomklimmende roos: deze rozen hoeven niet te worden gesnoeid. Zitten er takken in de weg of worden ze te lang, dan kun je die het beste na de bloei afknippen. 

    Verzorging van maand tot maand

    • Januari: laat de rozen met rust. Wacht met snoeien, ook al is het buiten al zacht. Sla een voorraad rozen- of stalmest in.
    • Februari: loop langs de rozen. Vervang alle bindmateriaal dat versleten is. Ga na of de rozensteunen nog in goede conditie zijn. Begin in de tweede helft van de maand met het snoeien. Doe dit uitsluitend als het weer zacht is en alles erop wijst dat het ergste van de winter achter de rug is.
    • Maart: ga verder met snoeien. Plant rozen met kale wortels nu de bodem weer opwarmt. Schoffel en wied het onkruid tussen de rozenstruiken weg.
    • April: rozenmest kan nu worden aangebracht. Knip alle takken die sporen van ziekte vertonen of die afsterven weg. Sproei tegen het eind van de maand met een fungicide. 

     

    • Mei: sproei tegen bladluizen. Breng een 6 à 7 centimeter dikke laag onkruidvrije compost tussen de struiken aan. Voed planten die traag groeien of kwakkelen met een vloeibare bladmeststof.
    • Juni: knip geregeld bloemen voor de vaas. Verwijder de zijknoppen van de theehybriden zodat de rozen aan de struik nog groter worden. Giet de planten wanneer het extreem droog is tijdens de hoofdbloei. Besproei de rozen in het begin en op het einde van de maand met een fungicide. Plant nu in pot gekweekte rozen uit.
    • Juli: snij struik- en heesterrozen terug om groei en bloei te stimuleren. Snoei ramblers of liaanrozen. Geef alle rozen een rozenmest in korrelvorm. Wied rond de planten of schoffel het onkruid voorzichtig dood. Geef een mulch van blad of compost zodat het vocht beter in de bodem blijft.
    • Augustus: blijf ziekten en plagen bestrijden. Verwijder verwelkte bloemen, behalve bij de rozen die mooie of interessante bottels vormen. Knip volop boeketten.
    • September: bind de lange ranken van de eenmaal bloeiende liaanrozen aan. Ruim het gevallen blad op om schimmelziekten te voorkomen.
    • Oktober: ga door met het verwijderen van afgevallen blad. Knip rottende bloemen uit de struiken.
    • November: bind rozen aan en zorg ervoor dat de wind er geen vat op krijgt. Knip te hoog uitgegroeide perkrozen terug tot ongeveer 50 centimeter. Plant na half november rozen met kale wortels, wanneer het niet vriest en het perceel geen last heeft van een te hoge waterstand.
    • December: maak nieuwe rozenbedden klaar. Onderhoud je snoeigereedschap.